Controleer of er een apparaat is dat het FM-signaal verstoort. Misschien ontvangt de op het systeem aangesloten FM-antenne verstorende externe signalen. Je kunt dit als volgt bepalen:
Slechte ontvangst FM-radio
Controleer of de antenne zich binnen een meter van andere elektronische of elektrische apparaten bevindt, zoals televisies, decoders, draadloze internetrouters, dimschakelaars, spaarlampen, knipperende feestverlichting, magnetrons of vergelijkbare apparaten.
Koppel alle apparaten in de buurt van de antenne los van het lichtnet om deze als mogelijke storingsbron te elimineren.
In sommige gevallen wordt de storing veroorzaakt door de aansluiting op het stopcontact. Sluit het netsnoer aan op een ander stopcontact in een andere stroomgroep dan een van de eerdere genoemde lampen of elektronica.
Verplaats de antenne. Als het probleem hiermee is opgelost, houd je de antenne zo ver mogelijk weg van de andere apparaten en netsnoeren (minimaal 1 meter).
Probeer een ander stopcontact te gebruiken. Het stopcontact kan storing, een bromtoon of een fluctuerende of niet-constante spanning leveren.
Verplaats de FM-antenne een stukje. Als de ontvangst verbetert, verplaats je de antenne een stukje verder in die richting. Als de ontvangst verslechtert, verplaats je de antenne een stukje in de tegenovergestelde richting. Gebruik de antenne in de maximale uitgeschoven stand. Signalen van een FM-zender volgen de "zichtlijn". FM-ontvangst kan zwakker zijn in een dal of op de begane grond in steden met hoge gebouwen.